Je plot kan nog zo ijzersterk zijn en je wereld nog zo goed uitgedacht: zonder geloofwaardige personages ben je helemaal nergens. Of je personage nou een mens of een vliegende draak is, als je personage zo dun als een velletje A4, dan haken je lezers snel af. Dus hoe schrijf je een geloofwaardig personage?
Alle personages – zelfs de bijfiguren – hebben naast hun naam en uiterlijk, diepgang nodig. Natuurlijk hoef je niet de caissière achter de supermarkt in een scene een heel achtergrondverhaal te geven, maar elk personages dat vaker terugkomt moet iets meer diepgang hebben dan een plas water. Met deze tips maak je een start.
Je kunt de tips gebruiken voor een nieuw of bestaand personage. Probeer eens alle schrijftips eerst voor hetzelfde personage uit te werken en kijk daarna hoe ‘goed’ je jouw personages nu kent.
- Haal inspiratie uit je eigen omgeving. Nee, echt. Dat kan van alles zijn: iemand die een tof beroep doet of juist oersaai. Misschien heb je een buurvrouw die altijd opera aan het zingen is of een goede vriendin die de meest te gekke breiwerken maakt. De mensen in je omgeving hebben hun eigen eigenschappen, hobby’s en voorliefdes. Sommige mensen vloeken veel, sommigen zijn altijd met hun vingers aan het trommelen. Als je oplet in je omgeving, kan je daar stiekem best wat van stelen om je eigen personage echter te maken.
Schrijftip: Neem eens een dag of twee een notitieboekje mee of maak aantekeningen op je mobiel: wat valt je gedurende de dag bij je vrienden, familie of collega’s op? In hun gedrag, taal of hobby’s. Wat zijn bijzondere eigenschappen van hen? - Weet wat je personages drijft. Iedereen heeft bepaalde aspiraties in zijn of haar leven. Vaak hebben je personages motivaties die overeenkomen met het plot. Schrijf dat eens op: wat wil je personage het allerliefste in het leven bereiken? Hoe doen ze dat? En nog belangrijk: wáárom willen ze dat? Misschien wil je personage wel topvoetballer worden. Maar waarom? Daar zit nog iets achter. Misschien omdat hij of zij rijk wil worden om zo voor hun familie te kunnen zorgen. Of willen ze iedereen die heeft gezegd dat ze het niet konden het tegendeel bewijzen.
Schrijftip:
1.Schrijf eerst op: wat is het belangrijkste doel in het leven van je personage? Maak het zo concreet mogelijk. Dus niet alleen “rijk worden” – maar wáárom willen ze dat? Wat betekent dat voor hen?
2. Daarna ga je een lijstje maken van drie tot vijf dingen hoe ze dat ding willen bereiken. Bijvoorbeeld: Josje’s grootste doel is om door haar klasgenoten aardig gevonden te worden, want ze voelt zich nu vaak eenzaam. Dat doet ze door constant complimenten te geven, etc.
3. Als laatste schrijf je welke dingen er allemaal kunnen gebeuren die ervoor zorgen dat je personages zijn of haar doel niet bereikt. Dat kan zowel door interne factoren (door het personage zelf) als externe factoren komen (andere personages of omstandigheden). - Je personages bestaan niet alleen in relatie tot je hoofdpersoon. Dat is een belangrijke die veel schrijvers (inclusief ik) vergeten. Main Character Syndrome wordt dat ook wel genoemd. Van die mensen dat de hele wereld om heen draait en iedereen dus alleen maar een rol speelt in jouw leven, en verder geen eigen wensen, dromen of leven hebben. Juist je bijpersonages moeten eigen motivaties hebben die ook los staan van je hoofdpersoon. Zo worden ze echter. Jouw vrienden of familie hebben toch ook een eigen leven? Precies.
Schrijftip: Kies een of twee bijpersonages uit. Schrijf in maximaal 150 – 200 woorden een korte biografie over ze. Wie zijn ze? Waar komen ze vandaan? Wie is hun familie? Wat zijn hun hobby’s? En wat willen zij het liefst in het leven bereiken? - Vermijd de Mary Sue. Ah, de welbekende Mary Sue. Een personage van bordkarton, in feite. Mary Sue is knap en lief en slim en grappig en leuk en heeft eigenlijk 0 persoonlijkheid. Ze (of hij) is alles en tegelijkertijd ook niets. Dat maakt het lekker makkelijk om als lezer je te identificeren, want omdat ze zo leeg is, kan je er zelf helemaal op losgaan. Mooi, toch! Nee. Mary Sue doet niets en wil niets en het verhaal sleept zich dus maar voort.
Schrijftip: Een Mary Sue voorkom je door vooral clichés te vermijden. Schrijf eens op wat jij de meest vervelende clichés in personages vindt als je een boek leest. (Bijvoorbeeld: de hoofdpersoon wint altijd, is heel erg knap, of de hoofdpersoon weet juist niet hoe knap ze is, de hoofdpersoon is onhandig, de hoofdpersoon werkt in marketing, etc.) Kijk dan eens naar je eigen hoofdpersoon: zijn er dingen die je misschien moet wegstrepen of je personage iets anders moet insteken?
Op internet zijn ook honderden ‘Character Sheets’ te vinden die je kunt gebruiken om je personage beter te leren kennen. De allerbelangrijkste tip: leer je karakters kennen voordat je begint met schrijven! Maar, net zoals je vrienden in het echte leven, zullen ze je ongetwijfeld gaan verrassen tijdens het schrijven….
Wil je aan de slag met je eigen verhaal? In mijn (korte) cursussen en workshops gaan we onder andere aan de slag met personages, maar ook met plot, stijl en world building. En boven alles gaan we heel veel schrijven.